Vennbahn 1 Ruitzhof, 656-657 | Vennbahn 2 Mützenich, 674-675 | Vennbahn 3 Roetgenerwald, 769-770 | Vennbahn 3 Roetgenerwald, 787-798 | Vennbahn 3 Roetgenerwald, 799-800 | Vennbahn 4 Münsterbildchen, 886-887 |
Inleiding
Geschiedenis
De spoorlijn werd door Pruisen (Duitsland) gebouwd. Het tracé lag tot de grens met Luxemburg geheel in Pruisen en werd
in 1889 in gebruik genomen. Van de grens zoals die er nu ligt, was nog geen sprake. De grens lag toen nog oostenlijker (zie verwijzing naar Palen Pruisen)
Het was een goederenlijn bestemd voor
vervoer van steenkool en ijzerets. Om de capaciteit op de lijn uit te breiden, werd de Vennbahn bijna volledig dubbelsporig gemaakt.
Grenscorrecties
In de loop der jaren hebben nogal wat grenscorrecties plaatsgevonden om de lappendeken wat te vereenvoudigen.
Zo werden de Duitse wegen over Belgisch
grondgebied tussen Moschau, Konzen en Mützenich teruggegeven waardoor deze Duitse corridors vervielen. En tenslotte verkocht België in
1956 de grond tussen 2 Duitse exclaves aan Duitsland waardoor één grote exclave (Rötgener Wald) ontstond. Ook werd in 1956 de
Vennbahn-grond tussen België en de voormalige Duitse exclave bij Hemmeres (gs 151-159) verkocht, waardoor ook deze exclave verviel.
Toekomst
Op dit moment (2009) wordt de Vennbahn afgebroken. De sporen en de bielzen worden in rap tempo weggehaald. Ten zuiden
van Monschau zijn sporen en bielzen verdwenen, ten noorden ervan worden voorbereidingen getroffen. Het spoor heeft ook immers geen
fuctie mee en ijzer is een kostbaar goed. Mogelijk wordt op het tracé een fietspad aangelegd, maar zeker is dat niet. Opmerkelijk is dat tussen
Sourbrodt en Kalterherberg nog steeds zogenaamde 'railbikes' verhuurd worden. Ten noorden van Kalterherberg zijn bielzen en sporen verdwenen, ten zuiden
ervan -dit is overigens geen exclavegebied- zijn de sporen nog intact.
De huidige grens tussen België en Duitsland kent een merkwaardig verloop: een deel van de grens wordt gevormd
door de Vennbahn, een voormalige spoorlijn tussen Aken en Luxemburg. Deze spoorlijn loopt echter op verschillende plaatsen gedeeltelijk
door Duitsland: vreemd genoeg is het grondgebied van de spoorbaan zelf, een smalle lange strook,
Belgisch. Het gevolg hiervan is dat door deze constructie er Duitse exclaves zijn ontstaan tussen de normale grens en strook België
waarover de Vennbahn loopt.
In de Eerste Wereldoorlog werden via deze spoorlijn soldaten naar de fortengordel rondom Luik gestuurd.
Ook werden verschillende aansluitingen naar andere lijnen gebouwd zodat de spoorweg spoedig een strategische Noord-Zuidverbinding
aan het westelijke front vormde.
Na de oorlog werden in kader van het Verdrag van Versailles de Pruisische kantons Eupen en Malmedy in 1920 en 1921 bij België gevoegd.
Dit had tot gevolg dat de spoorlijn ineens voor een groot deel een Belgische spoorlijn werd en de nieuwe grens verschillende keren
doorkruiste waardoor er dus iedere keer grenscontroles nodig waren. Om dit probleem te verhelpen, werd beslist om de bedding
van de spoorlijn, de stations en de technische installaties direct langs de spoorlijn in zijn geheel aan België toe te wijzen.
Door deze overdracht werden stukken Duits gebied afgesneden van het moederland, dat werden dus Duitse exclaves. In de loop der
jaren is er over en weer land geruild en verkocht wat dus leidde tot grenscorrecties. Tot op heden zijn er nog 5 exclaves
over.
Het belang van deze goederenlijn verminderde sterk na de Eerste Wereldoorlog. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was de lijn
een belangrijk doelwit van het Ardennenoffensief, het merendeel van de bruggen en tunnels werd toen vernield.
Wegens het afgenomen belang van de lijn liet de wederopbouw op zich wachten en het deel ten zuiden van Malmedy tot aan de grens met
Luxemburg (in totaal bijna de helft van de oorspronkelijke lijn) werd zelfs nooit meer hersteld. Het resterende stuk kon
daarom niet meer voor zijn oorspronkelijke doel gebruikt worden, de doorvoer van kolen en erts. Geleidelijk hield de lokale
industrie op om de spoorweg te gebruiken. Intussen werd de lijn ingericht voor personenverkeer. Vanaf begin jaren ’50 reden
er reizigerstreinen op het traject Raeren – Roetgen - Kalterherberg – Weywertz. Later zou het Belgisch leger ook het stukje
vanaf Weywertz tot Sourbrodt nog gebruiken om zwaar materiaal naar het kamp van Elsenborn te transporteren.
De lijn geraakte echter meer en meer in verval, na het totaal stopzetten van alle activiteiten werd nadien nog
een poging gedaan de lijn te exploiteren voor toeristische doeleinden. Na twaalf jaar kwam hier ook een einde aan.
De allerlaatste trein reed in november 2003 over de Vennbahn.
Er is tussen België en Duitsland wel
gesproken om het Belgisch grondgebied dat door Duitland loopt aan Duitsland te geven of te ruilen, maar daar is op dit moment geen
sprake van.
Hoewel ik hier geen voorstander van ben, snap ik eigenlijk niet dat dit niet allang gebeurd is: net als bij Hemmeres is de functie van de spoorbaan
al lang verleden tijd. Het instand houden van de huidige situatie is uiteindelijk in niemands belang (behalve dat van de grenspalenspotters),
het kost alleen maar onnodig geld.